Een verwittigd man is er twee waard. Dat moet de wetgever gedacht hebben bij het opstellen van de regels die gelden voor het afsluiten van commerciële samenwerkingsovereenkomsten. De betreffende regels voorzien in een aanzienlijk aantal verplichtingen om tijdens de precontractuele fase (m.a.w. vóór het ondertekenen van de overeenkomst) voldoende informatie mee te delen. De logica erachter spreekt voor zich: een partij die correct en tijdig wordt geïnformeerd, kan met kennis van zaken beslissen of hij al dan niet de overeenkomst aangaat. |
Welke overeenkomsten vallen dan onder de noemer ‘commerciële samenwerkingsovereenkomst’ (hierna ‘CSO’)? Het toepassingsgebied is ruim zodat het alleszins de volgende vaak voorkomende overeenkomsten omvat: distributieovereenkomsten, franchiseovereenkomsten, verkoopconcessies, handelsagenturen (m.u.v. bank- en verzekeringsagenten) en andere vergelijkbare formules van commerciële samenwerking.
Vooraleer een CSO kan worden gesloten, moet de onderneming die het recht verleent (de leverancier, franchisegever, opdrachtgever, etc.) aan de kandidaat-onderneming (de distributeur, franchisee, handelsagent, etc.) minstens 1 maand vóór het afsluiten van de overeenkomst de vereiste documenten overmaken om de kandidaat in staat te stellen een gefundeerde beslissing te nemen. De bundel van documenten bestaat uit twee elementen: enerzijds het (definitieve) ontwerp van de overeenkomst, en anderzijds een afzonderlijk dossier met de belangrijkste contractuele bepalingen (o.a. de aangegane verbintenissen, de vergoedingen, de duur, concurrentiebeding, etc.) en een reeks socio-economische gegevens voor een correcte beoordeling van de CSO (zoals de historiek van de marktgegevens, marktprognoses, jaarrekeningen van de laatste drie boekjaren, etc.). De kandidaat krijgt aldus een bedenktermijn van 1 maand om het contractvoorstel te evalueren en te beslissen om er al dan niet op in te gaan.
Ook bij de hernieuwing van een CSO moet er een ontwerp van de nieuwe overeenkomst worden meegedeeld, alsook een vereenvoudigd dossier met precontractuele informatie en dit opnieuw minstens 1 maand voor de hernieuwing. Enkel indien de partij die het recht heeft verkregen zelf een wijziging van de CSO (die minstens twee jaar oud is) vraagt, hoeft de precontractuele informatieverplichting niet te worden voldaan.
Gedurende de wachtperiode van 1 maand mogen de partijen geen verbintenissen ten opzichte van elkaar mogen aangaan, noch mag er enige vergoeding, bedrag of waarborg worden gevraagd of betaald. De enige uitzondering hierop betreft de mogelijkheid om een vertrouwelijkheidsovereenkomst (ook wel NDA genoemd) te sluiten teneinde het vertrouwelijk karakter van de precontractuele informatie te beschermen.
De gevolgen van het niet naleven van de precontractuele informatieverplichtingen zijn niet te onderschatten. Indien de precontractuele informatie niet (tijdig) ter beschikking wordt gesteld of de bedenktijd van 1 maand niet wordt nageleefd, kan de beschermde partij (dit is de voormalige kandidaat) gedurende 2 jaar (!) de nietigheid van de overeenkomst inroepen. Deze sanctie wordt strikt toegepast: zelfs indien de beschermde partij de overeenkomst gedurende anderhalf jaar uitvoert met kennis van zaken, kan hij gedurende de periode van 2 jaar de nietigheid van de overeenkomst inroepen indien de precontractuele informatie niet (tijdig) werd overgemaakt. Indien in het precontractueel informatiedossier bepaalde contractuele clausules niet zijn opgenomen, kan de nietigheid van de desbetreffende clausules (≠ de volledige overeenkomst) worden ingeroepen. Indien echter bepaalde socio-economische gegevens ontbreken, onvolledig of onjuist zijn, kan de beschermde partij bedrog of dwaling inroepen die de geldigheid van de volledige overeenkomst kunnen aantasten.
Het is dus in eerste instantie van belang om te weten of uw overeenkomst al dan niet onder het ruime toepassingsgebied van deze wetgeving valt. Zo ja, is het noodzakelijk dat de precontractuele informatieverplichtingen nauwgezet worden nageleefd. Gebeurt dit niet en komt er naderhand (gedurende 2 jaar na het sluiten van de overeenkomst) een haar in de boter, dan bestaat het risico dat dit tot de nietigheid van de overeenkomst leidt. Een gewaarschuwd man is er dus inderdaad twee waard.